Klein van formaat, rijk aan karakter

Delaware ligt in het noordoosten van de Verenigde Staten en behoort geografisch tot de regio die bekendstaat als de Mid-Atlantic States. De staat grenst in het noorden aan Pennsylvania, in het westen en zuiden aan Maryland, en in het oosten aan de Delaware Bay en de Atlantische Oceaan. De ligging tussen grote steden als Philadelphia, Baltimore en Washington D.C. maakt Delaware goed bereikbaar en strategisch interessant – iets waar het ook historisch van geprofiteerd heeft.

De staat is ruwweg verdeeld in drie county’s: New Castle County in het noorden, Kent County in het midden en Sussex County in het zuiden. Deze indeling bestaat al sinds de koloniale tijd en wordt nog steeds actief gebruikt. In New Castle County vind je de grootste stad van de staat, Wilmington, dat tevens het economische centrum vormt. Hier zitten ook veel grote bedrijven geregistreerd, want Delaware staat bekend als fiscaal vriendelijk voor ondernemingen. Niet zelden zie je dat bedrijven officieel in Delaware gevestigd zijn, zelfs als ze fysiek ergens anders opereren.

De officiële hoofdstad is Dover, centraal gelegen en politiek gezien het hart van de staat. Het is een overzichtelijke, rustige stad met een belangrijk erfgoed, onder andere in het First State Heritage Park. Dover is ook de thuisbasis van de luchtmachtbasis Dover Air Force Base, die nationaal een strategische rol speelt. Wat opvalt: in tegenstelling tot veel Amerikaanse hoofdsteden is Dover allesbehalve druk of kosmopolitisch. Je wandelt hier langs historische gebouwen, door rustige straten, en vindt een opvallend dorps karakter voor een hoofdstad.

Delaware telt ongeveer 1 miljoen inwoners. Daarmee is het qua inwoneraantal klein, maar wel compact georganiseerd. Het noorden is relatief dichtbevolkt, met stedelijke zones rond Wilmington en Newark. Het zuiden van de staat is landelijker, met landbouw, open velden en veel kleine gemeenschappen. De bevolking is gemengd en bestaat uit een diverse mix van Afro-Amerikaanse, Europese en Latijns-Amerikaanse achtergronden. In Sussex County vind je ook veel Amish-gemeenschappen, die vooral opvallen door hun paardenkarren en zelfvoorzienende levensstijl.

Wat veel mensen verrast, is hoeveel bekende Amerikanen uit Delaware komen. Zo werd Joe Biden, de 46e president van de Verenigde Staten, geboren in Pennsylvania maar groeide hij op in Delaware en vertegenwoordigde hij de staat jarenlang als senator. Zijn band met Delaware is sterk en zichtbaar: Wilmington noemt zichzelf zonder aarzeling de ‘hometown’ van Biden. Andere bekende namen zijn muzikant George Thorogood, bekend van het bluesrock-nummer “Bad to the Bone”, en actrice Aubrey Plaza uit de serie Parks and Recreation, die in Wilmington opgroeide.

Delaware heeft misschien niet de allure van de grotere staten, maar het biedt een waardevolle blik op een ander Amerika: kleiner, rustiger, en met een sterk lokaal bewustzijn. Of je nu door het noorden rijdt langs universiteiten en kantoren, of door het zuiden met z’n maisvelden en vissersdorpen, je merkt al snel dat deze staat een duidelijke identiteit heeft. Geen toeters en bellen, maar eenvoud, geschiedenis en een warm welkom. En juist dat maakt het tot een bestemming die je bijblijft.

Klein, maar vol verrassingen die je anders zo voorbijrijdt

Wie Delaware alleen maar ziet als een doorgangsstaat van New York naar D.C., mist de charme van de minder bekende plekken die hier verscholen liggen. Want juist buiten de hoofdwegen ontdek je plekken die nog nauwelijks door toeristen zijn aangetikt, en die daardoor des te leuker zijn om te bezoeken. Neem Lewes, een klein kustplaatsje waar je niet om de geschiedenis heen kunt. De straatnaamborden doen nog denken aan de tijd van de Nederlandse kolonisten, en je wandelt er zo van een antiekzaak naar de oude vuurtoren aan het water. De sfeer is kalm, het verkeer rustig, en met een beetje geluk spot je dolfijnen vanaf het strand bij Cape Henlopen.

Cape Henlopen State Park zelf is trouwens ook zo’n plek die je niet snel vergeet. Je kunt er wandelen of fietsen door een landschap van duinen, bossen en moerasgebied, met onderweg uitkijkpunten over de baai en de oceaan. In het park staan nog oude militaire uitkijktorens uit de Tweede Wereldoorlog, die je mag beklimmen. Bovenin voel je de wind over het water en zie je bij helder weer zelfs de kust van New Jersey liggen. Voor wie houdt van fietsen is dit park een aanrader: de verharde paden slingeren door het hele gebied en zijn prima te doen met gewone fietsen.

In het binnenland ligt Milford, een stadje dat niet in de meeste reisgidsen staat, maar dat juist daardoor zo'n fijne ontdekking is. De hoofdstraat staat vol met kleine galeries, antiekwinkels en een paar verrassend goede lunchplekken. Op zaterdagochtend is er een boerenmarkt langs de rivier, met lokale honing, huisgemaakte taarten en live muziek. Geen toeristische show, maar gewoon dorps gezellig.

Nog iets verder naar het zuiden ligt Laurel, waar je het zelden bezochte Trap Pond State Park vindt. Hier waan je je bijna in het diepe zuiden van de VS, met cipressen die uit het water steken en een stilte die alleen wordt onderbroken door vogels. Je kunt er kajakken, vissen of wandelen, maar ook gewoon even niks doen op een van de steigers aan het water. En dat is misschien wel de grootste luxe die Delaware biedt: er is geen haast, geen overvolle parkeerplaatsen, geen wachtrijen. Alleen jij, het landschap en af en toe een vriendelijke local die je de weg wijst.

Ook in de Brandywine Valley in het noorden van de staat vind je een aantal bijzondere plekken. De tuinen van Winterthur Museum and Gardens zijn een combinatie van kunst, architectuur en natuur. Ooit was dit het privélandgoed van de familie du Pont, een van de rijkste families uit de Amerikaanse geschiedenis. Nu wandel je er door 400 hectare aan bloemenweiden, bospaden en historische gebouwen, met onderweg kunstcollecties, antiek en ingerichte kamers uit vervlogen tijden. Minder bekend dan vergelijkbare plekken in andere staten, maar daardoor juist aangenamer om te bezoeken.

En dan heb je nog New Castle, misschien wel het best bewaarde koloniale stadje van het hele land. De straatjes zijn smal, de huizen hebben houten luiken en gietijzeren hekjes, en je wandelt hier écht door een stukje 17e-eeuws Amerika. In plaats van toerbussen zie je hier vooral schoolklassen en buurtbewoners, en dat maakt het extra prettig. Je kunt een bezoek brengen aan het Old Court House, waar Delaware ooit z’n onafhankelijkheid uitriep, en vervolgens een ijsje halen bij een lokale zaak aan het plein.

Delaware zit vol met dit soort plekken: niet groot of luidruchtig, maar echt. De charme zit in de details: de houten porch met schommelstoel in een buitenwijk van Lewes, het zelfbedieningskraampje langs een zandweg bij Milton, het festival waar de burgemeester nog zelf de BBQ aansteekt. Je moet er misschien net iets beter voor kijken dan in de grotere staten, maar als je het eenmaal ziet, wil je niet meer anders.

Van kustduinen tot cipressenmoerassen: Delaware's onverwacht diverse natuur

Wie Delaware op de kaart ziet, verwacht misschien niet direct veel natuur. Maar zodra je de snelwegen verlaat, ontvouwt zich een verrassend gevarieerd landschap. Van uitgestrekte moerasgebieden langs de kust tot beboste heuvels in het noorden: het lijkt soms alsof je door meerdere mini-werelden reist, allemaal binnen een uur rijden van elkaar.

Langs de oostelijke rand van de staat, tegen de Atlantische Oceaan aan, ligt een reeks natuurgebieden waar strand, duinen en bossen elkaar afwisselen. Een van de mooiste voorbeelden is Cape Henlopen State Park, vlak bij Lewes. Hier kun je wandelen over houten vlonders door het duinlandschap, fietsen over verharde paden of in alle rust vogels spotten bij een afgelegen strand. In de zomer zie je vaak herten in de vroege ochtend, net buiten de bossen. Kinderen kunnen krabben vangen in de ondiepe wateren bij de pier, terwijl je zelf op een bankje zit met uitzicht op de vuurtoren. Er zijn ook stukken strand die nauwelijks bezocht worden – perfect voor wie even de drukte wil ontlopen.

Meer naar het zuiden vind je het Prime Hook National Wildlife Refuge. Dit is een moerasachtig natuurgebied met kreken, graslanden en stukken open water, waar honderden vogelsoorten broeden of langs trekken. In het voorjaar zie je hier felgekleurde zangvogels, terwijl in de herfst duizenden ganzen neerstrijken op hun tocht naar het zuiden. De paden zijn goed onderhouden en toegankelijk, ook voor wie geen geoefende wandelaar is. Je hoort vooral krekels, vogels en soms het klotsen van vissen in de ondiepe plassen.

Voor de echte natuurliefhebber is Bombay Hook National Wildlife Refuge een hoogtepunt. Dit gebied ligt in Kent County, aan de westelijke kant van de Delaware Bay, en staat bekend als een van de beste vogelspotlocaties aan de oostkust. Je rijdt er een route van zo’n 20 kilometer langs uitkijkpunten, observatiehutten en vlonders. In de lente en herfst kun je hier zelfs arenden en uilen zien, samen met talloze reigers, steltlopers en zangvogels. Neem een verrekijker mee, of nog beter: een camera met zoomlens.

In het zuiden, bij het stadje Laurel, ligt een ander soort natuurgebied: Trap Pond State Park. Dit is een zeldzaam voorbeeld van een cipressenmoeras buiten het diepe zuiden. Je kunt er een kajak huren en tussen de dikke, knoestige bomen door peddelen. De wortels steken uit het water als kleine eilandjes, en de stilte is indrukwekkend. In de vroege ochtend hangt er vaak een lichte mist over het water, waardoor het hele park een mysterieuze sfeer krijgt. Je komt hier geen grote toeristenstromen tegen, maar wel vissers, kampeerders en families die al jaren terugkeren naar dezelfde stek aan het water.

Niet alles in Delaware draait om moeras en kust. In het noorden van de staat, tegen de grens met Pennsylvania, ligt de Brandywine Valley. Hier vind je heuvelachtige bossen, rivieren en open grasvelden, en vooral veel wandelmogelijkheden. Het White Clay Creek State Park is populair onder locals, met gemarkeerde trails door beboste gebieden en langs kabbelende beekjes. Je kunt er picknicken, mountainbiken of gewoon even stilzitten op een boomstam. Dit gebied is vooral mooi in de herfst, wanneer de bladeren knallen in rood, geel en oranje tinten.

Qua wildlife is Delaware misschien geen ‘big game’-staat zoals Alaska of Wyoming, maar juist daardoor leer je beter kijken. In plaats van beren of elanden zie je hier subtiele natuur: een schildpad die langzaam over een zandpad kruipt, een vos die net de bosrand oversteekt, of een groep eenden die opvliegt als je dichterbij komt. Zelfs de insectenwereld is boeiend: in sommige parken worden vlindertellingen gehouden, en in het voorjaar zijn er nachtwandelingen met gidsen die je wijzen op vuurvliegjes en boomkikkers.

Wat je ook kiest – een rustige ochtendwandeling, een dag kajakken of een weekendje kamperen – de natuur in Delaware laat zich het best beleven in je eigen tempo. Geen overvol park, geen verplichte routes. Alleen een kaart, een gevulde waterfles en de tijd om rond te kijken. En juist dat maakt het hier zo aantrekkelijk. De natuur is misschien niet spectaculair op papier, maar wél puur, toegankelijk en rustgevend.

Van charmant koloniaal tot levendige strandplaatsen

Wilmington

De grootste stad van Delaware ligt in het noorden van de staat, dicht bij de grens met Pennsylvania. Wilmington is economisch belangrijk, maar heeft ook verrassend veel cultuur. In het Delaware Art Museum bewonder je werken van Amerikaanse kunstenaars en prenten uit de tijd van de Pre-Raphaelieten. Langs de Riverfront is het goed wandelen, met uitzicht op het water, foodtrucks en het Constitution Yards Biergarten. De Nemours Estate, een historisch landgoed gebouwd door de familie du Pont, voelt als een stukje Europa in Amerika, compleet met Franse tuinen en marmeren trappenhuizen. Sportfanaten kunnen een honkbalwedstrijd meepikken van de Wilmington Blue Rocks, een Minor League-team met gezellige sfeer in het stadion. Shoppen kan in Christiana Mall net buiten de stad – belastingvrij natuurlijk.

Dover

Dover is de hoofdstad van Delaware, maar voelt eerder als een uit de kluiten gewassen dorp dan een politieke metropool. In het First State Heritage Park wandel je langs gebouwen uit de achttiende eeuw en krijg je gratis rondleidingen van gidsen in koloniale kledij. Bijzonder is ook het Air Mobility Command Museum, op het terrein van de luchtmachtbasis, waar je klassieke vliegtuigen van dichtbij kunt bekijken. De stad leeft op tijdens het jaarlijkse Firefly Music Festival, dat duizenden bezoekers trekt voor optredens van internationale artiesten. In het dagelijks leven is het hier vooral rustig, met kleine diners, lokale markten en een ontspannen sfeer. Winkelen doe je op zijn best bij het Dover Mall of op zaterdag bij de boerenmarkt.

Rehoboth Beach

Dé badplaats van Delaware en in de zomer een bruisende bestemming. De boardwalk is het kloppend hart van de stad, met spelletjeshallen, viskramen, winkeltjes en straatartiesten. Strandliefhebbers vinden hier brede, schone stranden waar je in alle rust een dag kunt doorbrengen. Voor een luchtige dosis nostalgie loop je langs Funland, een kleinschalig pretpark dat al decennia door dezelfde familie gerund wordt. Zin om te shoppen? De Tanger Outlets net buiten de stad bieden honderden merken – belastingvrij. In het centrum vind je daarnaast boetieks met lokale kunst, vintage kleding en handgemaakte sieraden. Ook de eetcultuur is levendig, van schelpdiertenten aan de kust tot trendy restaurants aan Rehoboth Avenue.

Lewes

Op een kwartier rijden van Rehoboth ligt Lewes, een stuk rustiger maar minstens zo charmant. Dit stadje werd ooit gesticht door Nederlandse kolonisten, en die historie zie je terug in straatnamen, gebouwen en kleine musea zoals het Zwaanendael Museum. Wandel langs Victoriaanse huizen, geniet van een verse lunch bij een lokaal café en loop dan door naar de pier van Cape Henlopen State Park, waar je vaak dolfijnen kunt zien. In de zomer zijn er openluchtconcerten en kunstmarkten op het dorpsplein. Ook leuk: neem de ferry naar Cape May in New Jersey voor een dagtrip over de Delaware Bay. Lewes is een stad waar je je tempo vanzelf aanpast.

Newark

Niet te verwarren met de stad in New Jersey, is Newark (uitgesproken als New-ark) een levendig universiteitsstadje in het noordwesten van de staat. Hier ligt de University of Delaware, wat zorgt voor veel jong leven, cafés, boekhandels en sportactiviteiten. De hoofdstraat – Main Street – zit vol met studentikoze eettentjes, ijssalons en vintagewinkels. Sportliefhebbers kunnen een bezoek brengen aan een college football- of basketballwedstrijd, die hier groots gevierd worden. Voor wie de natuur in wil: White Clay Creek State Park ligt vlakbij en is perfect voor wandelen of mountainbiken.

Bethany Beach

Bethany is de rustigere zus van Rehoboth Beach. Het richt zich meer op gezinnen en stelletjes die op zoek zijn naar een ontspannen strandvakantie. De kleinschalige boardwalk is overzichtelijk en vriendelijk, met kleine ijssalons, kunstgaleries en boetiekjes. Je vindt hier ook fijne restaurants met uitzicht op zee, waar je bij zonsondergang krab eet met je voeten in het zand. In de zomer zijn er yogaklassen op het strand en gratis concerten in het dorpspark. Sportief bezig zijn? Huur een SUP of kajak en verken de binnenwateren achter de duinen.

Milford

Milford is een charmant stadje aan de Mispillion River, met een groeiende kunstscene. De Riverwalk is een mooi pad langs het water, perfect voor een ochtendwandeling of fietstocht. In het historische centrum vind je kleine galeries, koffietentjes en tweedehands boekenwinkels. Op zaterdagochtend is de Milford Farmers Market een gezellige plek om lokale producten en ambachten te ontdekken. In juni wordt het Bug & Bud Festival gehouden, een vrolijk dorpsfeest met insecten, bloemen en kinderactiviteiten – typisch Delaware.

Seaford

Seaford ligt in het westen van Sussex County, en is een goede uitvalsbasis voor wie de landelijke kant van Delaware wil verkennen. Je vindt hier boerderijen, bossen en een verrassend goed aanbod aan wandelroutes, zoals in het Hooper’s Landing Park. Voor liefhebbers van historie is er het Seaford Museum, met exposities over de industriegeschiedenis van de regio. Winkelen doe je hier bij lokale ambachtelijke winkels of tijdens een van de marktdagen in het centrum.

Combineer Delaware met Pennsylvania, Maryland en New Jersey voor een complete oostkusttrip

Delaware ligt ideaal voor wie meer van de oostkust wil ontdekken zonder lange afstanden te hoeven rijden. De staat grenst aan Pennsylvania, Maryland en New Jersey, en dat biedt volop mogelijkheden om je reis uit te breiden met historische steden, kustplaatsen en natuurparken.

Rijd je richting het noorden, dan ben je binnen een halfuur in Philadelphia, Pennsylvania. Deze stad is een must voor liefhebbers van Amerikaanse geschiedenis. Je wandelt er langs de Liberty Bell, bezoekt Independence Hall – waar de Grondwet werd ondertekend – en eet een Philly cheesesteak bij een lokaal adresje zoals Jim’s of Pat’s. Philadelphia is ook een culturele stad, met street art, musea en gezellige wijken zoals Fishtown en Old City. Vanuit Wilmington ben je er zó, wat het een ideale dagtrip maakt.

In het zuiden grenst Delaware aan Maryland, met als eerste highlight de stad Baltimore. Minder gepolijst dan andere steden aan de oostkust, maar juist daarom karaktervol. De Inner Harbor is een fijne plek om rond te lopen, met restaurants aan het water, het National Aquarium en historische schepen die je kunt bezoeken. Rij je nog wat verder door, dan bereik je Annapolis, een charmante hoofdstad vol koloniale architectuur en zeilhistorie. En wie een stranddag buiten Delaware wil, rijdt in een uurtje naar Ocean City (MD), een levendige badplaats met brede stranden en een lange boardwalk – iets groter en drukker dan Rehoboth, dus een mooi contrast.

Steek je de Delaware Bay over met de ferry vanuit Lewes, dan kom je in Cape May, New Jersey. Dit Victoriaanse kustplaatsje is bijzonder goed bewaard gebleven. De straten zijn gevuld met gekleurde houten huizen, bed & breakfasts, antiekwinkels en kleine cafés. Het strand is breed en schoon, en je kunt er walvissen spotten tijdens een boottocht. Ook de Cape May Lighthouse is een bezoek waard: klim naar boven voor uitzicht over de baai en de oceaan. Deze overtocht per veerboot duurt zo’n anderhalf uur, maar is een beleving op zich, zeker bij goed weer.

Tot slot kun je vanuit Delaware makkelijk doorsteken naar Washington D.C., al ligt deze federale hoofdstad officieel net buiten de directe grenzen. In ongeveer tweeënhalf uur rijden sta je tussen het Witte Huis, het Lincoln Memorial en de Smithsonian-musea – en dat allemaal gratis toegankelijk. Ideaal als afsluiter van je rondreis.

Dankzij de compacte afstanden en goede verbindingen is Delaware een uitstekende basis of tussenstop tijdens een rondreis door het noordoosten van Amerika. Of je nu cultuur, strand of natuur zoekt: binnen een paar uur heb je het allemaal onder handbereik. Wij helpen je graag met het samenstellen van een route waarin je Delaware combineert met de mooiste plekken van de regio. Bekijk onze voorbeeldroutes of neem contact met ons op voor een reis op maat – dan zorgen wij dat jouw reis net zo soepel verloopt als de wegen hier.